Verliefd op het leven. Op de maan, de sterren, de bomen, de dieren en op alle prachtige mensen die ik ontmoet. Opeens zie ik wat het is, wat me zo aantrekt in sommige mensen. Het is het volledig aanwezig zijn in het moment. Het is de onverdeelde aandacht, het opgaan in wat er is, het is het uitstralen van de liefde voor het leven, het volledig zijn. Het voelt liefdevol en dankbaar, me te realiseren dat ik dit alleen kan zien in iemand, wanneer ik het herken, wanneer ik iets van mezelf herken. Het maakt me nedering. In deze alles omvattende liefde voel ik ook de geraaktheid, waarin alles binnen komt. Zo open. Zo kwetsbaar en zo krachtig tegelijk. Ik voel me intens verbonden en ontzettend eenzaam. Ik voel me super krachtig en groot, en tegelijkertijd zo nederig en klein. Wanneer ik hierin de tranen voel komen kan ik mijn lijf een heldere beweging voelen maken, hoe het zich op mijn knieën laat vallen, hoe het onder deze hemel, onder deze boom en voor deze prachtige zielen, buigt en nederig fluistert: “Mag ik van je houden?”.
Walking alone, together, alone
Thuis en ontroerd. Steeds meer wordt me helder waar het in dit leven om gaat. Een prachtig en intens weekend gehad. Een retreat met een opbouw waar ik niets anders dan een diepe buiging voor kan geven. Over liefde voor mezelf, over in de spiegel de liefde van mijn leven ontmoeten . Over The Wheel of Consent. Me bewust worden van waaruit ik iemand opzoek, contact opneem of iemand knuffel. Doe ik het voor mezelf? Voor de ander? Is het vrij of zit er een soort dwang of claimen achter?
Over intimiteit en seksualiteit. Over alle trauma’s en taboes. Wat heb ik een diep respect voor de mensen die een lang weekend met een groep op pad durven te gaan om naar hun angsten, taboes en patronen te kijken. Die durven te delen, durven te huilen. Pff en wat ben ik mezelf weer tegen gekomen. Op één ochtend de ogen uit mijn hoofd gehuild en in de groep gedeeld welk trauma er werd aangeraakt….. EN hier doorheen willen, dit aan willen en durven kijken, omdat ik weet dat dit een veilige setting is om ernaar te kijken. Angst, schaamte, verkramping, eenzaamheid. Dezelfde avond mezelf intens verbonden voelen met mezelf. In de groep zijn, en toch helemaal op mezelf. Weten dat ze er zijn en geen contact zoeken. Mijn eigen stroom volgen. Genieten van en met mezelf. Voelen dat ik niemand nodig heb om me op te vangen. Dat ik dat zelf kan. En dan, vanuit die verbinding met mezelf een prachtige ontmoeting, waarna ik volledig vervuld en boterzacht mijn bedje in duik en de volgende ochtend met datzelfde gevoel weer opsta. Zonder dalen geen toppen.
En dan het moment dat ieder weer zijn eigen weg gaat. Ik heb een hekel aan afscheid nemen. Hoe zou het zijn als we het geen ‘afscheid’ noemen, maar als we elkaar vanuit het diepst van ons hart kunnen bedanken…. en elkaar dan weer los laten. Een beetje pijnlijk misschien, maar de meeste tranen zijn vanuit oprechte dankbaarheid. Wow, wat ontzettend waardevol om deze mensen dit weekend te ontmoeten en elkaar te helpen groeien. Om elkaars pijn te zien. En om elkaar daarna weer los te laten en deze bergjes met liefde, die we zijn geworden, elk hun eigen weg te laten gaan en hun liefde te delen met de wereld.
Ik denk dat dat is wat het leven is. A constant meeting and a constant letting go. Zonder jezelf vast te klampen, zonder de ander de schuld te geven. Het gaat om elkaar helpen onszelf te leren kennen. Het gaat om overgave en helemaal aanwezig zijn in het moment. Het gaat om dankbaarheid voor wat is en om eren dat wat niet meer is, is geweest. Het gaat om verantwoordelijkheid nemen voor mijn keuzes, mijn leven, mijn pijn. Elk moment heb ik opnieuw de mogelijkheid om te kiezen hoe ik in dit leven wil staan. Natuurlijk kan ik hem de schuld geven, als de man waar ik van houd, iets doet of zegt wat me pijn doet. Natuurlijk kan ik zeggen dat hij een klootzak is. Maar wat nou, als ik kan zien dat wat hij doet of zegt, iets triggert in mij. Dat hij me geen pijn doet, maar dat zijn woorden of daden pijn aanraken die al in mij zit. Dan opeens kan ik kiezen wat ik met deze observatie doe. Ik kan ervoor kiezen hem uit te maken voor klootzak, of ik kan ervoor kiezen te kijken naar die pijn die in mij zit….. en deze te helen. Zo kan ik hem zelfs bedanken, dat hij zichtbaar voor me heeft gemaakt waar nog ergens pijn in mij zit. En dan hoeft hij niet weg uit mijn leven omdat “hij me pijn doet”, maar is hij een spiegel en een trigger en is ons contant voor mij een manier om mezelf nog beter te leren kennen. Zo kan ik vrij worden van al mijn overtuigingen, patronen en angsten. En nee, dat is geen vlakke weg. Net zoals afgelopen weekend geen geasfalteerd pad was.
“At some point, you have to make a decision. Boundaries don’t keep other people out, they fence you in. Life is messy, that’s how we’re made. So you can waste your life drawing lines or you can live your life crossing them. But there are some lines that are way too dangerous to cross. Here’s what I know. If you’re willing to throw caution to the wind and take a chance, the view from the other side… is spectacular.” ~ Meredith Grey.
En toch is dit in mijn ogen waar het om gaat. Mezelf leren voelen, mezelf leren kennen, het goed hebben met mezelf. Vrij worden in wat ik doe. Naar mezelf durven kijken en van hieruit de verbinding aangaan, want in het contact gebeurt het. Afhankelijk en vrij, zelfstandig en in verbinding. “Walking alone, together, alone” ~Jeff Foster.
Overvloed
Afgelopen vrijdag. Bram en ik komen na een slechts een paar uur rijden aan in België, op de ecologische boerderij waar onze wegen zich voor nu scheiden. Ik loop met hem en zijn bagage mee het erf op en we worden hartelijk ontvangen door twee mannen. Ik neem nog even een kijkje in één van de schuren en het verbaast me niet dat er een eco toilet is met zaagsel. Na een knuffel stap ik weer in de auto, maar nog voor ik de auto kan starten komt Bram weer aan gerend, gevolgd door één van de mannen die ons eerder ontving.
“Wil je nog wat eten voor je weer gaat?”
Het is lunchtijd.
Ik bedank vriendelijk met de woorden dat ik eten bij me heb en nog een lange reis te gaan heb, dus ik liever verder reis.
“Dan haal ik wat voor je om mee te nemen”, zegt de jonge man.
Dat is lief. Ik stap weer uit de auto en loop achter hem aan het terrein weer op.
Daar wacht een oudere man ons op. Hij kijkt me aan en zegt: “Jij bent de chauffeuse? Neem wat te eten mee!”
Er wordt een koelcel open getrokken en een houten kist vol gedaan met paprika, tomaat, courgette, boontjes, kool, appel en wortel. Een flinke hoeveelheid groenten.
Ik vraag of dit allemaal van eigen land is, waarop me wordt verteld dat het deels van eigen land, en deels van biologische supermarkten komt.
“Neem nog maar wat meer mee. Je bent vast niet alleen in Nederland?”, vraagt de oudere man.
Ik zeg dat ik niet naar Nederland ga. Dat ik onderweg ben naar Frankrijk om weer een paar weken door te brengen op Centre Lothlorien, waar ik met bewuste mensen zal zijn en ook veel zal koken. Hij kijkt me verrukt aan en vraagt nog even door naar deze plek en naar het aantal mensen wat er op dit moment is.
“Een stuk of 50 denk ik”, zeg ik.
Hij wenkt me. “Kom mee!”
Bram en ik kijken elkaar verbaast aan en volgen hem een donkere schuur in. We gaan nog een deur door en komen in een soort voorraadkelder, waar ik ontelbaarveel dozen zie staan met biologisch eten.
De man haalt een paar dozen met mozzarella tevoorschijn en biedt me deze aan. Ik zeg dat ik me wat bezwaard voel en hij legt uit dat deze voorraad allemaal overvloed is. Eten van biologische supermarkten, dat niet meer verkocht wordt, komt hier terecht. Dagelijks komen er 10 tot 15 chauffeurs langs die allemaal eten mee krijgen. De mensen hier op Plukrijp leven van de overvloed, zonder geld. Al 10 jaar lang.
“Parkeer je auto maar even naast de deur, dan krijg je een paar dozen mee”, zegt hij.
Ik ben er stil van.
“Ik meen het”, zegt hij. “Dinsdag moet dit allemaal weg zijn.”
Ik kijk rond en zie de enorme hoeveelheid eten. Ik denk aan de mensen die ik hier in Frankrijk blij mee kan maken…. en ik haal de auto.
Binnen no time staan er stapels met dozen klaar om in de auto gezet te worden. En er blijven maar dozen bij komen.
Ik moet de lieve man echt afremmen, hij blijft maar spullen halen.
Een paar minuten later staat de achterbank vol met dozen met vegan yoghurtjes, crème fraîche, soja toetjes, mozzarella, thee, tofu burgers en verse roomkaas. Alles biologisch.
“Wow”, kan ik alleen maar uitbrengen.
De man loopt nog eens naar me toe met een stukje karton waar hij iets op geschreven heeft.
“We hebben hier geen luxe visitekaartjes”, lacht hij. Ik zie dat hij de website op het karton heeft geschreven.
“Neem dit mee, deel het, voel je welkom en kom nog eens terug”.
Met een brok in mijn keel vraag ik hem of ik hem een knuffel mag geven.
Hij draait zich naar me toe en ik zie de 2 meest eerlijke ogen me aankijken.
“Dank je wel”, breng ik zachtjes uit.
Ik rijd weg met mijn hand op mijn hart en rode ogen. Snel door naar Frankrijk om al dit eten van overvloed te delen met nog meer mooie mensen.
Nu geniet ik al dagen van het koken met, en het uitdelen van, dit eten van overvloed. Diep geraakt en ontzettend dankbaar door deze prachtige onverwachte wending aan mijn reis, door de drive waar sommige mensen mee leven, en door de realisatie dat er écht genoeg is. Overvloed.
Daarnaast ervaar ik deze dagen ook weer dat het me fysiek pijn kan doen als dit eten uiteindelijk toch weg gegooid moet worden omdat het niet goed meer is. Oh ja, dat was iets wat me jaren geleden ook al intens pijn kon doen. Toen heb ik nog overwogen er iets mee te gaan doen. Workwise. Want als iets je zo raakt, dan ligt daar een kracht onder verborgen. Dank voor dit hernieuwde inzicht.
Overvloed!
Angst, taboe én noodzaak van fysiek contact
Als ik ‘s avonds thuis kom dartelt de hond vrolijk om me heen. Heerlijk dat er iemand is die zo blij is dat ik er ben. Ik ben tevreden over mijn avond, dus onze mindsets passen bij elkaar. Samen geven we de paarden eten en lopen we nog een rondje door het donkere bos. Even de kruiwagen vullen met hooi voor morgenochtend. Hond en poes, die al in de stal zat te wachten, geef ik nog wat te eten. Terwijl ik ze hoor smikkelen loop ik naar buiten en ga nog even op een stoel zitten. Ik geniet van wat sterren en de rust. Als mijn viervoetige vriendjes uitgegeten zijn, zouden ze makkelijk hun weg kunnen vervolgen. Op jacht de duisternis in, of hun warme plekje voor de nacht opzoeken. Toch verschijnen ze snel na elkaar door de deuropening. Poes springt op de tafel voor me, hond gaat vlak achter me liggen. Het voelt heel erg verbonden. Een mooi voorbeeld van dat er geen woorden nodig zijn. Als poes op mijn schoot springt, hoor en voel ik haar spinnen. Ze kruipt zo dicht mogelijk tegen mijn buik en borst aan. Ik voel haar spinnende trilling in mijn buik. Ik voel hoe het me uit mijn gedachten haalt, hoe aardend het werkt. Lange tijd zijn we daar met z’n drieën. Ik voel en geniet. Ik heb de laatste weken moeite gehad met voelen. Mijn hoofd heeft overuren gedraaid. En nu in het voelen krijgen ook mijn tranen de ruimte. Waar ik soms boos kan worden op mijn tranen, ze probeer te begrijpen of uit te leggen als er andere mensen bij zijn, kan ik ze nu gewoon laten zijn. Dit is wat fysiek contact me geeft, terwijl ik er ook een beetje een haat-liefdeverhouding mee heb momenteel.
Ik heb moeite met vluchtige ‘beleefdheidsknuffels’. Bah, dat voelt nep. Bij een oprechte knuffel waar de tijd wordt genomen en geen verwachtingen zijn, voel ik steeds vaker hoe mijn lijf erdoor ontspant. Warmte, geborgenheid, fysiek contact… het zijn echt basisbehoeftes. En tegelijkertijd zit er ook zoveel taboe op. Zoveel angst. Zoveel oordelen. Ik wil niet afhankelijk zijn van andere mensen, maar voel me vaak wel afhankelijk doordat het contact met anderen me deze ontspanning kan laten voelen. Maar dan moet ik mijn vraag wel heel precies stellen, want als ik dit niet doe kan contact me ook veel energie kosten omdat ik niet echt bij mezelf blijf. Ik vind het super spannend om uit te reiken naar iemand. Om te vragen of iemand me even vast wil houden. Ik weet namelijk dat in de geborgenheid de tranen kunnen komen… en mogen die er van mij dan wel zijn? Ik ben ook bang wat er gebeurt door het fysieke contact. Met mannen vind ik het spannend. Wat nou als er verlangens of verwachtingen opspelen? Oef, dat is eng. Met vrouwen vind ik het ook spannend. “Als ze maar niet meteen denken dat ik lesbisch ben”, gaat er geregeld door mijn hoofd als ik wat dichter bij een vrouw kom.
In beide gevallen ben ik blijkbaar bang dat het fysieke contact zorgt voor ongemak. Dat ongemak zit er bij mij dus al. Ik weet dat sommige andere mensen een nog groter ongemak op fysiek contact hebben. Dus stel ik de vraag naar contact soms maar niet eens. En wat ontneem ik mezelf én de ander daarmee….? Juist. Een kans om te groeien, maar ook een ontspannende ervaring om ons gedragen en geborgen te voelen.
Hoe kan ik nou verwachten dat als ik al spanning op mijn vraag om fysiek contact heb zitten…. de ander deze vraag zonder spanning kan beantwoorden? Ik begrijp waarom mensen huisdieren zo fijn vinden. Ik voel nog steeds het spinnen in mijn buik. Als poes zich opricht en lijkt te vragen of ik haar achter haar oren wil kroelen, geef ik daar gehoor aan. Onmiddellijk wordt het gespin intenser. Prachtig hoe zij geniet van mijn aanraking en ik daardoor nog meer geniet van wat mijn aanraking voor effect op haar heeft. De trilling voel ik in mijn hele lijf. Genieten. Win-win.
Wat lijkt het me heerlijk als we elkaar eens wat vaker zouden knuffelen en dan echt de tijd nemen om te voelen wat het effect op ons lichaam is. Super spannend, want het is ook dichtbij en daardoor kwetsbaar. En een knuffel van de ‘verkeerde’ persoon of met de ‘verkeerde’ intensie, kan ook juist voor verkramping zorgen. Ja, dat is spannend. Ik heb inmiddels echter ervaren dat het zoveel meer kan opleveren als ik deze angst niet laat winnen, maar uitreik vanuit vertrouwen. Dan kan ik door de spanning, die vaak vanuit mijn hoofd komt, heen ademen en voelen wat voor goeds fysiek, zacht en liefdevol contact me kan brengen. Dan mogen alle emoties er zijn. Dan mag de ander er zijn. Oordeelloos. Dan mag ik er zijn.
De Ontmoeting
Stralend wacht je me op op het perron. Ik kan niet anders dan lachen als ik je zie. Ik ga tegenover je staan en produceer een zachte en verlegen “Hey”. Je blijft me stralend aankijken. Ik zie meteen dat je van plan bent de tijd te nemen.
Je wenkt me om te gaan lopen en we bewegen ons richting het natuurgebied. Het is nog wat onwennig, alsof de echte ontmoeting nog niet heeft plaatsgevonden. Veelal is er stilte. Ik vind het niet erg en ik weet dat dat voor jou ook geldt.
Eenmaal in de natuur kijk ik m’n ogen uit. Als ik een “Wow” uit, kijk je verrukt mijn kant op. Je geniet zichtbaar, wanneer ik geniet. Wanneer je het pad af gaat laat ik me leiden. Lenig begeef je je door het mulle zand en langs obstakels. Ik vind het prima om te volgen, jij kent vast de weg.
Na enige tijd komen we bij een omgevallen boom naast een veld met prachtige paarse bloemen. Jij gaat op de boom zitten en ik loop een klein stukje door, waar ik stil sta en geniet van hoe de wind met het gras en de paarse vlekjes speelt. Magisch.
Als ik na verloop van tijd omkijk naar je, zegt je blik genoeg. Ik glimlach en loop naar je toe, om tegenover je te gaan zitten. Even kijken we elkaar aan, dan leg je je hand uitnodigend op de boom voor me neer. Ik weet wat je bedoelt.
Langzaam strek ik twee vingers uit naar je hand. Ik voel je dunne vingers, je nagels, je knokkels, de warmte van je hand. Ik ga op in het ontdekken. Onze vingers vinden elkaar. Eerst van één, dan van beide handen. Eén met het moment.
Geen idee na hoeveel tijd, staan we op en pakken we onze tassen. Ik voel dat de spanning van mijn schouders is gegleden. Vrijwel meteen lopen we een hekje door. Ik moet hardop lachen om het bordje ‘Einde Speelterrein’. Jouw reactie: “Nu begint het echte werk”. We lachen en je pakt mijn hand. Onze reis is begonnen.
To date or not to date
“Hoe was je dag?”
“Goed. Ik heb wat gewerkt en ik heb geluncht met die man die ik vorige week op dat feest ontmoette.”
“Oh, wat leuk! Hoe was dat?”
“Wel gezellig, al schoot ik enorm in de weerstand omdat hij het continu een date noemde.”
“Wat veroorzaakt de weerstand?”
“Nou, ik date eigenlijk helemaal niet.”
“Haha, nou volgens mij date jij meer dan je door hebt.”
“Hmm, wat is een date?”
Dit gesprek vond een paar maanden geleden plaats. In de maanden die volgden heb ik verschillende mannen ontmoet. Ik was vroeger een beetje bang voor mannen. Door het fijne bewuste netwerk waar ik in terecht ben gekomen en de vele verbindende workshops die ik afgelopen jaar heb gevolgd, ben ik me steeds meer op mijn gemak gaan voelen in de buurt van mannen. Sterker nog, in een workshop setting voel ik me inmiddels zo vertrouwd dat ik nog weinig van de angst merk. Ook het paadje wat ik de tweede helft van 2016 met een bewuste man heb gelopen, heeft bijgedragen aan mijn vertrouwen op dit vlak. Toen dat paadje begin dit jaar eindigde, sprak ik de wens uit deze stappen voort te zetten en mezelf nog meer te ontwikkelen.
Ik ‘ken’ inmiddels aardig wat mensen, waardoor ik natuurlijk contact met verschillende mannen kreeg. Ik ontmoette de afgelopen maanden verschillende mannen voor een drankje, lunch, een dagje sauna of een wandeling. Allemaal mannen die ik eerder in een fijne setting had ontmoet. Stuk voor stuk fijne mannen, stuk voor stuk mooie ontmoetingen. Ik kwam mezelf tegen. Ik ervoer angst, weerstand, vertrouwen, rust, ik merkte dat ik moeite had dingen uit te spreken, ik werkte daaraan en zag mezelf groeien, ik nam even afstand. Het was bijzonder om te ervaren hoe 2 verschillende mannen hetzelfde kunnen zeggen, en me dat een compleet ander gevoel kan geven. Ik voelde mezelf krachtiger worden, welkom, gezien. Met alle mannen heb ik nog af en toe contact en dat is fijn. Bij sommigen zit er wat meer lading op dan bij de ander. Dat voelt ook logisch, de ene ontmoeting was intenser dan de ander. Soms had ik het gevoel dat ik écht bij iemand naar binnen mocht kijken.
Het fascineert me. Wanneer is er contact? Wanneer is iemand echt? Wat heeft iemand nodig zichzelf echt te laten zien?
What’s the message behind the eyes?
What’s the message behind a smile?
What’s the message behind a touch?
De ontmoetingen noemde ik steeds ontmoetingen, of afspraken. Geen date, zoals je eerder las.
Afgelopen week stuurde ik die vriendin van de inleiding een berichtje. Zodra het bericht verzonden was werd ik me bewust van wat er stond:
“Ik heb volgende week een date!!”
Waarom nu wel? Wat maakt dat ik deze afspraak benoem als date?
Bij elke afspraak voelde ik een bepaalde nieuwsgierigheid naar de persoon waar ik de afspraak mee had. Dat is voor mij een vereiste. Als die nieuwsgierigheid er niet is, is er geen reden om wat af te spreken. Bij de man van deze ‘date’ voel ik extra nieuwsgierigheid. Ik voel een verlangen hem te leren kennen, contact te hebben, hem te doorgronden, ik voel een verlangen dichter bij hem te zijn. Dit verlangen is sterker dan ik de afgelopen maanden heb ervaren bij één van de andere mannen die ik ontmoet heb. Het is een andere intentie. De tijd tot de date lijkt langzamer te gaan. En dit verschil, dit beetje extra, markeert voor mij kennelijk het onderscheid tussen een afspraak en een date. Wow, wat gaaf dat ik mezelf steeds een beetje beter leer kennen, ook op dit vlak!
Wat is voor jou een date?
Dankbaarheid en ik ben niet bang voor het donker.
Het is bijna elf uur. Moe na heerlijke dagen besluit ik dat het tijd is om richting bed te gaan.
Ik loop de trap af om de paarden hun laatste portie hooi voor de nacht te geven. Beneden pak ik een kruiwagen en word ik meteen vergezeld door mijn twee vriendjes: Hond en kat. Met z’n drieën lopen we het donkere zandweggetje op terwijl ik met een zachte “Hey jongens” de paarden begroet. Ik sta tegenover de prachtige merrie terwijl ik wat hooi uit de kruiwagen pluk, wanneer ik haar ineens voel en zie verstijven. Onmiddellijk ben ik alert. Ik volg haar focus en zie in de verte iemand aan komen lopen. “Het is oké meisje”, mompel ik, terwijl ik me bewust ben van mijn eigen spanning. Ik ben niet bang in het donker, ik ben wel alert als ik onverwachts in het donker niet alleen blijk te zijn. Dezelfde alertheid wanneer ik ‘s avonds door de stad loop. Net als de paarden voel ik me dan toch een prooi.
Tegen de tijd dat mijn kruiwagen leeg is, is de schim omgedraaid en beweegt deze weer langzaam van ons af. Ik voel een zucht en een vraag opkomen. “Waarom?”. De trouwe viervoeter die naast me heeft rondgelopen kijkt me vragend aan. “Oké”, zeg ik, en we lopen nog een stukje de weg af, de andere richting op. Een klein stukje, dan weer terug richting huis. Eenmaal weer bij de paarden geniet ik van het rustgevende geluid van hun tevreden malende kaken. Er lijkt niets meer van de spanning van net over te zijn. Dan komt de kat weer tevoorschijn en beweegt zich als koorddanser voort over het dunne hekwerk vlak voor de neus van de paarden, die door dit schouwspel toch een snurk produceren. Nog wel iets spanning dus. Ik lach om de interactie tussen de verschillende wezens. Ik voel nog steeds lichte spanning in mezelf en ik denk aan een quote die ik laatst las: “You’re not afraid of the dark, you’re afraid of what’s in it”.
Ik loop het terrein weer op en plof op de bank onder de hooiberg. Het is bijna volle maan. Eerst springt de hond op schoot, dan de kat. Ik lach om ze. Het is een ontspannen lach, een dankbare lach. Ik laat mijn gedachten nog even gaan naar de prachtige avond die ik gister had. 24 uur geleden was ik op een heerlijke plek met liefdevolle mensen en warme ontmoetingen. Ik voel mezelf nog gloeien van de liefde en warmte. Ik ben in een prachtige wereld terecht gekomen. Dankbaar.
Ik hoor een berichtje binnenkomen op mijn telefoon. 2 zelfs. 1 van een dierbare vriendin, 1 van een lieve vriend. Wat fijne uitwisselingen, terwijl de kat ligt te spinnen op mijn schoot en de hond vlak achter me is gaan liggen. Ik ben hier thuis. Een telefoongesprek met een man waar ik veel van houd. Ik laat me steeds weer raken. Wanneer we ophangen voel ik alles tegelijk. Liefde, verdriet, dankbaarheid. Het voelt fijn om te delen, om me verbonden te voelen. Ik adem diep in. Brr, inmiddels is het ook wel koud geworden. Met een aai over het hoofd van mijn 2 vriendjes en een laatste blik op de maan, stap ik naar binnen. Dankbaar voor dit einde van de dag.
Lesje met de waterbak
Het favoriete Onthaast-dessert
De Onthaastweek van dit najaar zit er alweer op. Najaar ja, terwijl het pad rond het meer al helemaal rood-bruin is gekleurd van de dorre bladeren, maar het overdag nog ‘gewoon’ 30 graden is. Najaar op Lothlorien.
Voor mij als kok was deze week een hele leuke uitdaging. De verschillende recepten van de zomer zitten inmiddels aardig in mijn systeem, maar deze week wilden we net wat extra’s doen. Net dat beetje meer aandacht, nog gezonder, verantwoorder, meer biologisch en geen suiker.
De deelnemers werden ‘s ochtends verrast met een heerlijk sapje en de lunch bestond naast brood en soep uit verse groenten, al dan niet verwerkt in een salade. Het diner was steeds een luxe 3 gangen diner, met prachtig opgemaakte voorgerecht bordjes, een uitgebreide hoofdmaaltijd met veel groenten, en een bewust dessert. Eén van die desserts wil ik graag met jullie delen. De grote favoriet!
Avocado-limoen taartjes
Ingrediënten:
-
100 gram dadels
-
200 gram abrikozen
-
200 gram walnoten
-
1 citroen
-
2 rijpe avocado’s
-
2 limoenen
-
40 gram kokosolie
-
4 eetlepels rijststroop
-
kokosrasp
-
eventueel vijgen voor de garnering
Benodigdheden:
-
keukenmachine
-
zoveel mooie (glazen) schaaltjes of potjes als er mensen zijn
Bereiding:
-
Maal de abrikozen, dadels en walnoten met een keukenmachine tot ze de grootte van een kleine kiezel hebben.
-
Rasp de schil van de citroen en voeg de rasp toe aan het mengsel van de abrikozen, dadels en walnoten.
-
Verdeel het mengsel over de glazen chaaltjes zodat je in elk schaaltje een mooie bodem krijgt.
-
Rasp en pers de limoenen uit.
-
Smelt de kokosolie.
-
Maak met de keukenmachine een glad mengsel van de avocado, limoenrasp, limoensap, kokosolie en rijststroop.
-
Verdeel het mengsel over de schaaltjes.
-
Laat het minimaal een uur opstijven in de koelkast.
-
Garneer voor het serveren met kokosrap en eventueel een stukje vijg voor de kleur.
Bon appetit!
De Uitnodiging
DE UITNODIGING
Ik wil niet weten hoe je in je levensonderhoud voorziet.
Ik wil weten waar je naar hunkert. Ik wil weten of je durft te dromen van de vervulling van je verlangen.
Ik wil niet weten hoe oud je bent.
Ik wil weten of je voor gek durft te staan uit liefde, ter wille van je dromen, ter wille van het avontuur van in leven zijn.
Ik wil niet weten welke planeten in conjunctie staan met jouw naam.
Ik wil weten of je het centrum hebt bereikt van smart. Of de verraderlijke kanten van het leven je hebben geopend of dat je jouw levenslust hebt verloren en je jezelf hebt afgesloten uit angst voor nog meer pijn. Ik wil weten of je bij pijn kunt zijn, de mijne of de jouwe, zonder iets te doen om die te verbergen of te laten verdwijnen.
Ik wil weten of je bij vreugde kunt zijn, de mijne of de jouwe. Of je uitbundig kunt dansen en extatisch kunt zijn tot in de toppen van je vingers en de puntjes van je tenen, zonder ons te waarschuwen of reëel te zijn of te denken aan de beperkingen van de menselijkheid.
Ik wil niet weten of het verhaal dat je me vertelt waar is.
Ik wil weten of je een ander kunt teleurstellen om trouw aan jezelf te zijn. Of je kunt verdragen van verraad te worden beschuldigd en geen verraad te plegen aan jezelf. Ik wil weten of je trouw en dus betrouwbaar kunt zijn.
Ik wil weten of je schoonheid kunt zien, al schijnt de zon niet iedere dag en of jij je leven kunt laten ontstaan uit de aanwezigheid van God. Ik wil weten of je kunt leven met falen, jouw falen en mijn falen, en toch aan de oever van een meer kunt staan om “ja” te roepen tegen de zilveren maan.
Ik wil niet weten hoeveel geld je hebt.
Ik wil weten of je na een nacht van verdriet en wanhoop, opstaat, vermoeid, gekwetst tot in je botten en voor je kinderen doet wat nodig is.
Ik wil niet weten wie je bent of hoe je hier gekomen bent.
Ik wil weten of je met mij in het centrum van het vuur wilt staan zonder terug te deinzen.
Ik wil niet weten waar, wat of met wie je gestudeerd hebt.
Ik wil weten of je alleen kunt zijn met jezelf en of je in lege momenten werkelijk op je gezelschap gesteld bent. Ik wil weten wat je innerlijke steun biedt als al het andere wegvalt.
(De uitnodiging, geïnspireerd door Ohria Mountain Dreamer, oude wijze indiaan, mei 1994)